Over de superwash merinowol van Joha
Joha is een Deens bedrijf en bestaat sinds 1963. In Scandinavie is Joha een van de marktleiders als het gaat om wollen onderkleding. Aangezien ‘duurzaamheid’ en ‘Scandinavie’ zo ongeveer onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn, werkt ook Joha enorm aan de duurzaamheid van hun kleding. Niet alleen moet een product lang mee gaan, ook de productie verloopt volgens strenge milieu-eisen.
Onlangs nog kreeg Joha een certificaat voor hun dierenwelzijn. Wat dat inhoud lees je hier: http://joha.dk/en/about en ook draagt Joha het Ecolabel. Beide certificaten krijg je niet zomaar. Het zijn een van de meest moeilijke keurmerken om te krijgen, aldus de agent van Joha. De wol die gebruikt wordt, komt uit Australie. De schapen krijgen niet perse biologisch voer, maar gewoon gezond schapenvoer. Daarom mag de wol niet ‘bio’ heten. Schapen worden absoluut niet gemulesed. Dat zou volledig in strijd zijn met de visie van Joha op dierenwelzijn.
Laten we eerlijk zijn, geen enkele vezel, natuurlijk of niet, kan moeiteloos gemaakt worden. Het milieu wordt hoe dan ook belast. De wol moet als hij geschoren is gewassen worden. Daarbij wordt water gebruikt. En ook middelen om beestjes uit de wol te krijgen. Maar de fabrieken staan onder streng toezicht om na te zien dat zowel de wol, als het spoelwater vrij van schadelijke stoffen de fabriek verlaten. Dat dat ook gegarandeerd gebeurt, bewijst het Ecolabel.
Dan over het behandelen van de wolvezel. Je kent die plaatjes wel van shampooreclames. Een haarvezel heeft schubben, die schubben zijn bij de ene wolsoort groter dan bij de andere wolsoort. Merinowol heeft van nature een lange vezel met weinig schubben. Daardoor is het van zichzelf al zacht en minder kriebelig. Wie wel eens IJslandse Lopi wol heeft gevoeld weet hoe kriebelig en hard wol kan zijn. Om de wol nog zachter te krijgen, worden de schubben dichtgemaakt, zodat zelfs de meest gevoelige huidjes de wol kunnen verdragen. Dat behandelen gebeurt chemisch. Als er een ‘organic’ variant zou zijn, dan geloof ik meteen dat Joha hem zou toepassen. Chemische processen klinken duivels, maar he, alles om ons heen is chemie. Doordat de schubben dicht zijn gemaakt, is de wol ook beschermd tegen het krimpen.
Is dat superwashen dus duurzaam? Wel, dat antwoord is tweeledig. Het bewerken van de wol vraagt om grondstoffen. En het spoelwater moet gereinigd worden. Dus ja, het is net als het reinigen van de wol belastend voor het milieu. Aan de andere kant zorgt het superwashen er voor dat een kledingstuk langer mee kan. Doordat het gevaar op krimp verdwenen is, hoeft een kledingstuk minder snel vervangen te worden. De wol vervilt niet en daardoor blijft ook de pasvorm lang mooi. Mijn zoon heeft een hemdje van behandelde wol sinds zijn vierde jaar. Hij is nu acht en het past nog steeds. Doordat de wol door het dragen een beetje slijt, rekt het blijkbaar wat uit. Superwol, noemt hij het.
Jaren geleden las ik een boekje over ‘gezond aankleden’. Het gaf me een heel andere kijk op aankleden dan ik altijd had, want ik las dat textielsoorten elk een eigen werking hebben. Ieder materiaal heeft zijn eigen energie. Dat kan je, als je er gevoelig voor bent, ook waarnemen. Zo is zijde omhullend, als de cocon van een vlinderpop. Kristallen hebben een eigen trilfrequentie en kunnen subtiel de atmosfeer om je heen beïnvloeden. Eigenlijk alles uit de natuur trilt en vertelt een verhaal. Maak je dat verhaal niet monddood als je het in de basis aanpakt met chemicalien? Heeft het nog wel dat natuurlijke aura? Wellicht niet. Wellicht is textiel dat niet bewerkt is het meest puur om te dragen. Ongeverfde stoffen, plantaardig geverfd zonder chemicalien om de kleur vast te houden, dat zou je toch het allerliefste wensen voor jezelf en je kind. Maar ja, daar hangt een prijskaartje aan. Of je moet er tijd voor hebben om alles zelf te doen. En dat heeft niet iedereen. Of eigenlijk. Bijna niemand doet het nog, omdat het zo bewerkelijk is.
Persoonlijk merk ik geen verschil of ik nu een hemd van bewerkte wol draag of een hemd voorzien van Demeter of IVN keurmerk. Ik voel verschil tussen zijde, wol en wolzijde, maar of deze puur en onbehandeld is, voel ik niet aan. Ik voel bij beiden de omhullende warmte. Ik zweet net zo veel of weinig in beide varianten en ik was ze beiden in de wasmachine op het wolwasprogramma.
Joha blijft een van de hoofdmerken in mijn collectie. Omdat ze een sterke visie hebben, omdat ik hun producten mooi en fijn vindt, omdat ze erg goede handelspartners zijn die begrijpen waar hun klanten op zitten te wachten en omdat ze op het gebied van duurzaamheid wat mij betreft erg goed bezig zijn. Wist je bijvoorbeeld dat er afgelopen najaar een campagne is gestart bij Joha over Groenland? Groenland valt onder politiek bestuur van Denemarken. In Groenland komt veel werkloosheid voor. Het is er snel donker en erg koud. Daardoor geen veel Groenlanders drinken. Kinderen gaan niet naar school, want er is toch geen kans op werk. De zelfdodingscijfers in Groenland zijn een van de hoogste ter wereld. Natuurlijk is die problematiek iets voor de Kopenhager ‘Borgen’, maar de mensen bij Joha geven om Groenland. Voor ieder verkocht kledingstuk uit de speciale ‘Arctic’ lijn gaat er een kledingstuk naar een kind in Groenland. Dit najaar draag ik ook mijn steentje bij door een selectie uit deze lijn te gaan verkopen. Omdat iedereen die warmte verdient.